Het is niet zo dat de regeringspartijen in de afgelopen maanden spectaculair daalden; de grote pijn zat voor de VVD kort na de presentatie van het regeerakkoord. De VVD zakte sinds 1 januari nog maar ongeveer 1%. Tijdens de zomer bleven de liberalen ongeveer gelijk; ze verloren de koppositie wel aan de PVV die nog iets steeg.
De PvdA verliest meer gelijkmatig: tussen de verkiezingen en 1 januari verloor de partij zo’n 6%, sindsdien leveren de sociaaldemocraten nog eens 8% in. Ze staan in de Peilingwijzer nu op 14 tot 18 zetels. Hoewel het niet mogelijk is om te zeggen waar deze kiezers precies naartoe gaan, zien we in ieder geval weinig netto resultaat voor de SP: sinds 1 januari wonnen de socialisten omgerekend maar zo’n 2 zetels, terwijl de PvdA er in die periode zo’n 12 verloor.
Bij de middelgrote en kleinere partijen zien we vooral goede resultaten voor D66 (nu 16 tot 18 zetels), 50PLUS (9 tot 13) en CDA (13 tot 17), maar ook SGP, GroenLinks, PvdD en ChristenUnie staan op een kleine virtuele winst ten opzichte van de laatste verkiezingen.
Natuurlijk is de zomer een zeer rustige politieke periode waarin grote verschuivingen niet te verwachten zijn. Maar de berichten over de inhoud van de begroting duiden er niet op dat VVD en PvdA de komende tijd op bijzonder veel groei in de peilingen hoeven te rekenen.